Dit is het drieënveertigste lentenummer van Skript. Inmiddels is dit alweer het twaalfde jaar dat wij de eer hebben om de Skriptieprijs uit te reiken voor beste geschiedenis bachelorscriptie van Nederland! De top drie bestaat ook dit jaar uit stuk voor stuk voortreffelijke scripties. Nu kunt u de artikelen gebaseerd op deze scripties teruglezen in dit nummer.
 
Onze eerste genomineerde, Aela Andrée, onderzocht hoe de Communistische Partij van Holland en de Communistische Jeugdbond zich in het Interbellum voorbereidden op een naderende oorlog en in hoeverre dit als antimilitarisme te beschouwen viel. Renate Smit beschrijft in haar scriptie waarom de zes dorpen die samen de Waterlandse Unie vormden, besloten samen te werken bij de aankoop van ambachtsheerlijkheden van Waterland in de achttiende eeuw. Ten slotte verdiepte Marie Keulen zich in de wisselwerking tussen de ruimtelijke en sociale structuur van vroegmodern Willemstad en de manier waarop de ruimtelijke structuur de mobiliteit van verschillende bevolkingsgroepen beïnvloedde. Onze redactieraad heeft uiteindelijk de scriptie van Marie Keulen uitgeroepen tot de beste bachelorscriptie Geschiedenis van 2020. Zij prezen haar gebruik van kaarten en plakkaten. Door deze originele invalshoek komt het leven van vrije en tot slaaf gemaakte Afro-Curaçaoënaars (waarover weinig bronnen zijn) in beeld. Ook vonden ze de scriptie erg beeldend geschreven en de historiografie kritisch beschouwd. 
 
Verder bevat dit nummer een interview met hoogleraar waterstaat- en milieugeschiedenis Petra van Dam en een interview met promovendus Coen Brummer. Daarnaast schrijft Bram Mellink over de plaskrul, laat Moritz Föllmer zien wat de coronacrisis ons over de Duitse politiek kan leren en zijn er weer drie recensies van recente publicaties terug te lezen.